Skip to main content

Enguerrand Artaz, strategisch analist, La Financière de l’Échiquier.

Op 2 april kwam Donald Trump met zijn langverwachte ‘Liberation Day’ en legde hij, met pancarte in de hand, al zijn handelspartners torenhoge ‘wederkerige’ invoertarieven op. Hierdoor dreigde de wereldhandel volledig uit balans te raken en de financiële markten namen na de aankondiging een forse duik. Een maand later lijkt het op de Amerikaanse aandelenmarkten alsof er nooit iets is gebeurd. De S&P 500 heeft die terugval nagenoeg helemaal goedgemaakt en de Nasdaq noteert zelfs hoger dan zijn slotkoers van 2 april.

De reden voor dat optimisme? Beleggers geloven dat het ergste achter de rug is. Sinds Liberation Day keerde Donald Trump namelijk meermaals op zijn stappen terug: hij schortte de wederkerige invoerheffingen 90 dagen op voor alle landen behalve China, kondigde een tijdelijke vrijstelling af voor elektronica, voorzag in een aparte regeling voor de auto-industrie enz. En vooral: de afgelopen weken sloeg de Amerikaanse regering een aanzienlijk mildere toon aan tegenover China, het enige land dat wel nog aan de wederkerige invoerheffingen is onderworpen en na elke Amerikaanse aanval meteen heeft teruggevuurd. Geopolitieke voorspellingen moeten altijd met de grootste omzichtigheid worden benaderd, zeker wanneer Donald Trump aan het roer staat, maar er zijn dus inderdaad tekenen dat het hoogtepunt in de escalatie achter ons ligt.

Toch zijn we, in tegenstelling tot het signaal dat de markten uitsturen, nog ver verwijderd van de wereld van vóór 2 april. Alle pauzes en vrijstellingen ten spijt liggen de importheffingen van de Verenigde Staten nu gemiddeld op ruim 20%, tegen 2,4% in 2024. Minister van Financiën Scott Bessent zei wel dat de Verenigde Staten met honderden handelspartners gesprekken voeren, en principeakkoorden sluiten kan vrij snel gaan. Maar zoals blijkt uit onderzoek van Apollo Global Management [1] neemt het bereiken van een handelsakkoord tijd in beslag: in het geval van de akkoorden die de Verenigde Staten de afgelopen decennia sloten gemiddeld 18 maanden.

Al die tijd blijven de deelnemers aan het economische verkeer, bedrijven voorop, in het ongewisse, met heel tastbare gevolgen. De boekingen voor vrachtvervoer tussen China en de Verenigde Staten zijn met 40% gedaald tegenover vorig jaar. Grote warenhuisketens zoals Walmart en Target hadden uit voorzorg weliswaar omvangrijke voorraden aangelegd, maar achten het risico op schaarste op korte termijn niettemin reëel. Alle peilingen geven bovendien aan dat het ondernemersvertrouwen in vrije val is en de huishoudens, uit bezorgdheid voor de gevolgen voor de prijzen en de werkgelegenheid, hun discretionaire consumptie beginnen terug te schroeven, met name de vrijetijdsbestedingen, zoals blijkt uit de forse daling van het restaurantbezoek.

Terwijl de financiële markten erop inzetten dat het opbieden voorbij is, zijn we dus nog lang niet terug in vertrouwde wateren. Niet alle activa hebben het verloop van de aandelenmarkten gevolgd. De dollar noteert nog steeds veel lager dan vóór Liberation Day, en goud veel hoger. Bovendien heeft Donald Trump, zelfs als hij het leeuwendeel van zijn aankondigingen weer zou inslikken, de economie nu al reële schade berokkend, die groter wordt met elke dag dat de invoerheffingen van kracht blijven. Amerika’s president voert graag een experimenteel beleid en hanteert wel vaker een ‘proefballonstrategie’. Hij lijkt echter – net zoals de financiële markten – een cruciaal punt te zijn vergeten: de economische schade van een wispelturig beleid is minder snel ongedaan gemaakt dan een presidentieel besluit.

[1] The Daily Spark – Trade Negociations Take Time, 20/04/2025.

EFI

Author EFI

More posts by EFI